JEZAJA 45-7, IK FORMEER HET LICHT EN SCHEP DE DUISTERNIS

JEZAJA 45:7 "Ik formeer het licht en schep de duisternis.

Goed  en kwaad kennen.

Genesis 3:5 Maar God weet, dat, ten dage als gij daarvan eet (de boom van goed en kwaad) zo zullen uw ogen geopend worden en gij zult als God zijn kennende goed en kwaad. Het kwaad bestond al, de mens was aanvankelijk onwetend, verkeerde in een geestelijke slaap.

Jesaja 45:7 "Ik formeer het licht en schep de duisternis. Het kwade maakt het goede zichtbaar en andersom. In de toekomst moest er een moment komen waarop de mens de bewuste confrontatie met het kwaad moest aangaan. Zonder dalen bestaan er geen bergen. Als men de dieptes van het kwaad niet heeft ervaren, kan men de hoogtes van de Liefde ook niet ervaren. Het kwaad is een "noodzakelijk kwaad, dat God indirect schiep doordat de Cherub Lucifer zichzelf onder totale eigen verantwoordelijkheid en vrijheid omvormde tot een satan. Van dan af is hij de belichaming van het kwade. Met zijn eigen vrije wil koos Lucifer voor het kwaad. Zonder die vrije keuze kan er geen kwaad bestaan want het is onmogelijk om ook maar enig wezen, fysiek of geestelijk het kwaad op te dringen. Op de hoogte zijn van het contrast tussen beiden, goed en kwaad is daarvoor noodzakelijk. Zonder de eigen vrije keuze kan er ook geen diepe Liefde bestaan, want het is onmogelijk om ook maar enig wezen, fysiek of geestelijk de Liefde op te dringen. Ieder wezen is verantwoordelijk voor de eigen daden, in een toestand van diepe geestelijke slaap wordt het kwaad niet aangerekend, maar kent nog altijd de gevolgen die bij de verkeerde keuzes horen. Men kan een mens die ernstig ziek is niet verwijten dat deze ziek is, maar kan wel proberen om diegene naar gegeven mogelijkheden, te genezen. Wakker te schudden, of de ogen te openen. Na herstel houden de gevolgen voor de toekomst nog steeds aan.

Genesis 1e deel vers 3:2 Toen zei God: Ziet de mens is geworden als onzer een, kennende goed en kwaad. God is Liefde en kiest daarom altijd voor de weg van de Liefde. Hij kent goed en kwaad. Eva die het andere deel van het menselijke collectief vormde, ontwaakte langzaam uit haar toestand van de geestelijke slaap, maar begreep nog niet wat haar keuze zou betekenen voor de gehele mensheid. God had Adam persoonlijk geestelijk onderwijs gegeven waardoor hij ook meer kennis had en ook een grotere verantwoordelijkheid had als eva.

Geleidelijk aan was zijn kennis daardoor gegroeid. Genesis 2:16 En God legde de mens het gebod op: Van alle bomen in de hof moogt gij vrij eten, vers 17 maar van de boom der kennis van goed en kwaad, daarvan zult gij niet eten. Onder meer in dit vers ligt die geestelijke opleiding besloten. Gen. 3:8 Toen zij het geluid van de Heere God hoorden,... verborgen de mens en zijn vrouw zich.... Gen. 3:9 En God riep de mens tot zich en zei tot hem: Waar zijt gij? Het tot Zich roepen is gericht tot een persoon, in enkelvoud, er staat niet, de "mensen. of "jullie, of "hen. Die ene mens Adam was verantwoordelijk voor de overtreding, pas daarna ook zijn vrouw, omdat zij samen tot een vlees geschapen waren, samen het collectief vormden. Al wat God aan Adam had onderwezen moest hij doorgeven aan zijn vrouw. Gen.3:17 En tot de mens (Adam) zei Hij: Omdat gij naar uw vrouw hebt geluisterd en van de boom hebt gegeten, waarvan Ik u geboden had: Gij zult daarvan niet eten, is de aardbodem om uwentwil vervloekt. De aardbodem werd omwille van de man vervloekt, hij was de verantwoordelijke en had de leiding. De uiteindelijke leiding komt God toe en daarom neemt Hij direct de verantwoordelijkheid in handen. Hij kondigt in de daaropvolgende verzen in Genesis de gevolgen voor zichzelf en de mensheid aan. Er was een nieuwe Adam nodig na het falen van de eerste om de vloek te doorbreken want de mensheid was anders hopeloos verloren.

Hij bekleedde Zelf de naakte mens met dierenvellen. Naakt betekent dat de mens uit zijn geestelijke slaap was ontwaakt en zelfbewust en in totale vrijheid voor het kwade koos. Ondanks dat werden de man en de vrouw uit Liefde, door God bekleed met dierenvellen.

Er stierf een onschuldig dier in de plaats van de mens zelf. Een plaatsvervangend offer werd de mens geschonken, maar de gevolgen van zijn ongehoorzaamheid bleven overeind en die gevolgen worden benoemd. Het plaatsvervangend offer er moest een dier sterven: Gen. 4:4     Gen. 8:20     Een plaatsvervangend brandoffer. Een beeld van Jezus Christus > Gen. 22:2     Exodus 12:5      Leviticus 1:1-2-3-4

Omdat ongehoorzaamheid aan de geestelijke wetten niet vergeven kan worden door dieren offers moest er een ultiem geestelijk offer gebracht worden. Die nieuwe Adam zou de schepper zelf zijn. Achter het bloed van Jezus zou de mensheid zich mogen verschuilen. Geheel ontdaan van zijn Godheid, zichzelf geheel ontledigd zou Hij zich opofferen voor het gehele collectief "mensheid.



om daardoor de vloek die de gehele mensheid treft teniet te doen. De gevolgen van de menselijke keuzes blijven echter bestaan. Als de spiegel van het bewijs dat "kwaad, altijd tot vernietiging leidt, tot de totale zelfvernietiging.



Terwijl Liefde alles om zich heen laat opbloeien tot in de oneindigheid.

Jan van de Laar Weert.

•	Voeg zelf reactie toe! Klik hier!